Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Als ik die dieren zag, ziet, zo was er een [63]rad op de aarde [64]bij die dieren, naar [65]vier aangezichten van [66]hetzelve. 63. Hetwelk, naar sommiger gevoelen, betekende de wereld, die hier op de aarde aan vele veranderingen onderworpen is, gelijk een lopend rad, waarin dikwijls het bovenste onder en het onderste boven komt. Zie onder hfdst.10 vs.13. 64. Versta dat elk dier een rad had, zodat er vier raderen waren. Zie onder vs.16, en hfdst.10 vs.9,12. 65. Dat is, zijden of hoeken, met welke zij tegen de vier winden der wereld zagen. Want elk rad was tweevoudig, zijnde een rad in een ander overdwars samengevoegd, zodat die twee samengehechte raderen den vorm van een kloot of kogel hadden, en vier zijden, op welke zij van de engelen naar de vier hoeken der aarde konden gerold en bewogen worden, nu naar den enen en dan naar den anderen hoek. 66. Te weten, van het rad, of van elkeen der dieren.